Kijk dan wat ik kan! De vorming over babytaal.

Kon de baby het maar vertellen... Een veel gehoorde opmerking van begeleiders die met baby's werken.

In deze vorming leer je echt te kijken naar de baby en de taal van de baby verstaan. Een
baby kan ons heel veel vertellen het is aan ons om de signalen te zien en te leren verstaan.
Ten slotte kun je het pas zien als je weet waar je naar kunt kijken.

Tijdens deze vorming gaan we dieper in op de rijke communicatie die baby’s vanaf de geboorte laten zien, horen en voelen en hoe jij deze als professional kunt zien, begrijpen, interpreteren en hoe je er gepast op kunt reageren.


Wanneer een begeleider op een gepaste manier reageert op de baby zal een baby zich meer welbevinden, zal er een krachtige verbinding ontstaan tussen de baby en zijn begeleider en zal de baby meer tot betrokken spel kunnen komen, beter slapen, eten, kortom zich beter voelen in de kinderopvang, wat zich uit in meer rust op de groep en minder huilende baby’s.

Inhoud

Tijdens deze vorming onderzoeken we de communicatiesignalen van de baby en het belang
van de begeleidersstijl.


Hoe communiceert de baby, wat vertelt de baby je met zijn lichaamstaal. Hoe spreken zijn
handen, zijn ogen, zijn spiertonus, wat kunnen zijn bewegingen je vertellen?
Door middel van foto’s en filmpjes leer je anders te kijken naar de baby en de babytaal te
verstaan.


In deze vorming gaan we ook uitgebreid in op huilen als babytaal. Hoe kun je huilen verstaan, welke verschillende huilklanken zijn er te onderscheiden, hoe kun je de behoefte van de baby begrijpen en verstaan. Hoe kijk jij naar huilen en welke invloed heb jij op het huilgedrag van de baby in je groep.


De deelnemers onderzoeken het belang van hun eigen houding en welke invloed zij zelf hebben op de (on)rust in hun groep en in het bijzonder voor de baby in de groep.


We werken aan observatie als kunst, als je meest belangrijke pedagogische instrument. Op
welke wijze kun je observeren, wat kun je allemaal zien, horen, voelen. Wat kun je allemaal
observeren, wat leg je vast en wat doe je met je observaties. Om op deze manier de baby’s
in je groep nog beter te leren verstaan en aan de behoeftes van de baby te gemoed te
kunnen komen. Voor een kwaliteitsvolle baby opvang.

Na de vorming

Na deze vorming zal er meer kennis zijn over de ontwikkeling van de baby en zal de blik van deelnemers meer gericht zijn op de kracht en competentie van de baby, zijn 100 talen en
mogelijkheden.

De deelnemers hebben inzicht in de invloed van de eigen houding, handelwijze en gebruikte woorden en communicatiesignalen op de (on)rust van de baby’s in de groep.

De deelnemers hebben kennis over de verschillen communicatiesignalen van de baby en weten deze goed in te schatten na behoefte van de baby.

De deelnemers kunnen communicatiesignalen observeren, juist interpreteren en hier sensitief- responsief afgestemd op de baby op reageren.

De deelnemers oefenen met observeren en gaan aan de slag met hun eigen rol en houding

Link met MemoQ

De vorming heeft een directe link met het kwaliteitssysteem MemoQ, alle dimensies krijgen de nodige aandacht. Binnen deze vorming is er extra aandacht voor de volgende dimensies: 

  • Dimensie 1 Welbevinden
  • Dimensie 2 Betrokkenheid
  • Dimensie 3 Emotionele ondersteuning
  • Dimensie 4 Educatieve ondersteuning
  • Dimensie 6 Gezinnen en diversiteit

Praktisch

Deze vorming is zowel online als op locatie mogelijk. Het is hierbij mogelijk de vorming door te laten gaan op locatie van de aanvrager als  in de praktijkruimte van EigenWijs.

Enkel beschikbaar als hele dag of twee halve dagen.

Ervaringen van een deelnemer

Ik vind het fantastisch dat ik na 19 jaar in een kinderdagverblijf te werken nog zoveel kan
bijleren. Maar aan de andere kant vind ik het ook heel erg jammer dat ik het nu pas leer, het
had al zo veel verschil kunnen maken. Neem nu de taal van het huilen. Ik wist niet, dat een
kind nog zo lang na een fles nog nood had om boertjes te laten. Ik had een baby, die dronk
super flink het flesje uit en na het flesje kwam er al snel een heel flink boertje. Een uur later
begon ze te huilen. Wat ik vroeger al snel had gedaan was het baby’tje proberen te sussen
met een tutje. Maar nu nam ik eens mijn tijd om te luisteren hoe het gehuil klonk. Al snel
kwam ik er achter dat ze een boertje moest laten. Ik nam haar op en liep wat met haar rond
zodat ze zou kunnen boeren. En ja hoor, daar was het boertje! Ik moet zeggen dat ik toch
binnenin een beetje trots op mezelf was dat ik het gehuil heb kunnen ontcijferen.

A. Pauwels
Kinderbegeleidster Duinhuisjes